Log in om deze rubric te printen of binnen jouw account aan te passen.
Klas: 2A9
Onvoldoende
|
Voldoende
|
Goed
|
Zeer goed
|
|
---|---|---|---|---|
Inhoud (8pt) | De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie is fout en onvolledig. |
De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie bevat enkele kleine fouten en is onvolledig. |
De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie bevat enkele kleine fouten en is volledig. |
De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie is juist en volledig. |
Presentatie (5pt) | De presentatie bevat geen/weinig afbeeldingen, kleuren, figuren enzovoort. |
/ |
De presentatie bevat afbeeldingen, kleuren, figuren enzovoort. |
De presentatie bevat afbeeldingen, kleuren, figuren enzovoort en geeft blijk van creativiteit. |
Taal (1pt) | De leerlingen verzorgen hun taal niet tijdens de presentatie. |
De leerlingen verzorgen hun taal tijdens de presentatie. |
||
Houding (3pt) | De leerlingen vertonen een negatieve houding tijdens de voorstelling. |
De leerlingen vertonen een positieve houding tijdens de voorstelling. |
De leerlingen vertonen een positieve houding tijdens de voorstelling en geven blijk van enthousiasme. |
|
Mogelijke vragen voor de toets (3pt) | De vragen zijn niet duidelijk genoeg (0) |
De vragen komen overeen met de inhoud van de leerstof (1-2) |
Door de vragen zullen de leerlingen hun leerstof interpreteren (3) |
De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie is fout en onvolledig.
(0 - 3)
De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie bevat enkele kleine fouten en is onvolledig.
(4-5)
De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie bevat enkele kleine fouten en is volledig.
(6-7)
De inhoud dat aan bod komt tijdens de presentatie is juist en volledig.
(8)
De presentatie bevat geen/weinig afbeeldingen, kleuren, figuren enzovoort.
(0)
/
De presentatie bevat afbeeldingen, kleuren, figuren enzovoort.
(3)
De presentatie bevat afbeeldingen, kleuren, figuren enzovoort en geeft blijk van creativiteit.
(5)
De leerlingen verzorgen hun taal niet tijdens de presentatie.
(0)
De leerlingen verzorgen hun taal tijdens de presentatie.
(1)
De leerlingen vertonen een negatieve houding tijdens de voorstelling.
(0)
De leerlingen vertonen een positieve houding tijdens de voorstelling.
(1-2)
De leerlingen vertonen een positieve houding tijdens de voorstelling en geven blijk van enthousiasme.
(3)
De vragen zijn niet duidelijk genoeg (0)
De vragen komen overeen met de inhoud van de leerstof (1-2)
Door de vragen zullen de leerlingen hun leerstof interpreteren (3)