Log in om deze rubric te printen of binnen jouw account aan te passen.
Posteropdracht en presentatie
Onvoldoende
|
Voldoende
|
Ruim voldoende
|
Goed
|
|
---|---|---|---|---|
Overzichtelijkheid poster (8,3%) |
|
|
|
|
Informatie op poster (8,3%) |
|
|
|
|
Criteria werkblad (8,3%) |
|
|
|
|
Presenteren (37,5%) |
|
|
|
|
Taalgebruik presentatie (37,5%) |
|
|
|
|
Geen overzicht, informatie staat door elkaar
Geen relevante afbeeldingen
Weinig overzicht, maar is leesbaar en het is te zien waar het over gaat
Weinig relevante afbeeldingen
Informatie is overzichtelijk genoeg om te zien waar de poster over gaat
Leesbaar
Genoeg relevante afbeeldingen
Overzichtelijk en goed leesbaar
Veel relevante afbeeldingen/illustraties, maar het wordt er niet onoverzichtelijk door
Geen/nauwelijks relevante informatie
Geen gebruik gemaakt van (Franstalige) bronnen
Weinig relevante informatie, de meest algemene feiten staan op de poster
Er is gebruik gemaakt van slechts één Franstalige, betrouwbare bron
Genoeg relevante feiten
Er is gebruik gemaakt van twee betrouwbare, Franstalige bronnen
Veel relevante feiten
Er is gebruik gemaakt van verschillende(drie of meer) Franstalige, betrouwbare bronnen
Niet aan criteria op werkblad gehouden
Er is slechts aan enkele criteria op werkblad voldaan
Voldoet aan bijna alle criteria op werkblad, slechts één of twee punten vergeten
Voldoet aan alle criteria op werkblad, alle informatie is verwerkt
Uit de presentatie blijkt dat de leerlingen zich niet hebben verdiept in de opdracht
Uit de presentatie blijkt dat de leerlingen iets meer te weten zijn gekomen over de regio
Uit de presentatie blijkt dat de leerlingen hun kennis hebben uitgebreid over de regio
Uit de presentatie blijkt dat de leerlingen hun kennis hebben uitgebreid over de regio
De leerling mompelt en kan de boodschap niet/nauwelijks overbrengen
De leerling heeft moeite met spreken, hakkelt vaak en kan de boodschap gedeeltelijk overbrengen
De leerling kan hakkelt af en toe, maar dit is niet storend en kan de boodschap grotendeels overbrengen
De leerling spreekt vloeiend door, gebruikt vocabulaire dat bij A2-niveau past en kan de boodschap duidelijk overbrengen