Log in om deze rubric te printen of binnen jouw account aan te passen.
Docenten beoordelen de leerlingen aan de hand van video drie (eindopdracht).
1 punt
|
2 punten
|
3 punten
|
|
---|---|---|---|
1. Verstaanbaarheid | De leerling praat vaak te zacht en is niet verstaanbaar. |
De leerling praat wat harder maar is nog steeds niet volledig te volgen. |
De leerling is verstaanbaar en spreekt luid genoeg. |
2. Uitspraak | De uitspraak is vaak fout waardoor je als kijker niet begrijpt wat er gezegd wordt. |
De uitspraak is meestal goed maar heeft een paar fouten waardoor de kijker het niet constant kan volgen. |
De uitspraak van de leerling is erg duidelijk en de kijker kan precies volgen wat er gezegd wordt. |
3. Houding/Contact | De leerling kijkt voornamelijk langs de camera en/of heeft een gesloten houding waardoor de leerling geen contact maakt met de kijker. |
De leerling kijkt soms in de camera maar heeft nog steeds een gesloten houding waardoor het contact met de kijker steeds afneemt. |
De leerling heeft voornamelijk een open houding en kijkt constant in de camera. |
4. Gegeven informatie | De informatie is foutief en/of de uitleg is onsamenhangend. |
De informatie klopt met het onderwerp maar wordt niet duidelijk overgebracht. |
De informatie past bij het onderwerp en wordt duidelijk overgebracht. |
5. Grammatica (woordvolgorde) REGEL: wie/doet/wat/waar /wanneer | De leerling past de regel niet toe waardoor er onjuiste en onvolledige zinnen wordt uitgesproken. |
De leerling past de regel toe in sommige zinnen waardoor er soms juiste en volledige zinnen wordt uitgesproken, maar dit is niet constant gedurende de video. |
De leerling past de regel in bijna tot alle zinnen waardoor er vaak juiste en complete wordt uitgesproken gedurende de video. |
6.Signaalwoorden (but,and,or,then,too.) | De leerling gebruikt alleen maar korte en simpele zinnen zonder toevoeging van aangeleerde signaalwoorden. |
Zinnen zijn niet constant samenhangend door te weinig gebruik van de signaalwoorden. De leerlingen gebruikt te weinig complexe zinnen. |
Zinnen zijn constant samenhangend door het gebruik van de signaalwoorden. Hierdoor ontstaan er lange en complexe zinnen. |
Algemeen feedback aan de leerling: |
De leerling praat vaak te zacht en is niet verstaanbaar.
De leerling praat wat harder maar is nog steeds niet volledig te volgen.
De leerling is verstaanbaar en spreekt luid genoeg.
De uitspraak is vaak fout waardoor je als kijker niet begrijpt wat er gezegd wordt.
De uitspraak is meestal goed maar heeft een paar fouten waardoor de kijker het niet constant kan volgen.
De uitspraak van de leerling is erg duidelijk en de kijker kan precies volgen wat er gezegd wordt.
De leerling kijkt voornamelijk langs de camera en/of heeft een gesloten houding waardoor de leerling geen contact maakt met de kijker.
De leerling kijkt soms in de camera maar heeft nog steeds een gesloten houding waardoor het contact met de kijker steeds afneemt.
De leerling heeft voornamelijk een open houding en kijkt constant in de camera.
De informatie is foutief en/of de uitleg is onsamenhangend.
De informatie klopt met het onderwerp maar wordt niet duidelijk overgebracht.
De informatie past bij het onderwerp en wordt duidelijk overgebracht.
De leerling past de regel niet toe waardoor er onjuiste en onvolledige zinnen wordt uitgesproken.
De leerling past de regel toe in sommige zinnen waardoor er soms juiste en volledige zinnen wordt uitgesproken, maar dit is niet constant gedurende de video.
De leerling past de regel in bijna tot alle zinnen waardoor er vaak juiste en complete wordt uitgesproken gedurende de video.
De leerling gebruikt alleen maar korte en simpele zinnen zonder toevoeging van aangeleerde signaalwoorden.
Zinnen zijn niet constant samenhangend door te weinig gebruik van de signaalwoorden. De leerlingen gebruikt te weinig complexe zinnen.
Zinnen zijn constant samenhangend door het gebruik van de signaalwoorden. Hierdoor ontstaan er lange en complexe zinnen.