WDD Turnen mini-trampoline

Aanloop

Je loopt met een onregelmatig ritme aan. Je vertraagt in je aanloop.

Je loopt in een constant ritme aan. Je versnelt iets in je aanloop

Je loopt in een goed ritme aan. Je versnelt duidelijk richting de MT

Je loopt in een uitstekende opbouw aan. Je versnelt zodanig dat je veel sprongkracht/snelheid uit je aanloop mee neemt

Insprong

Het lukt je niet met twee voeten tegelijk in te springen. Het lukt je niet om met één voor voor de trampoline af te zetten

Je springt met een zeer kleine boog in de trampoline, waarbij je erg dicht voor de trampoline inspringt

Je springt met een grote boog in de trampoline, waarbij je de voorwaartse snelheid niet goed kan omzetten in hoogte waarbij je ver achter de trampoline land op de ma

Je springt met een grote boog in de trampoline waarbij je de voorwaartse snelheid wel kan omzetten in hoogte, waarbij je vlak achter de trampoline land

Afzet

Je zet af met 2 voeten, maar doet dit om de beurt

Je zet af met 2 voeten tegelijk. En levert een redelijk krachtige sprong af

Je zet goed af met 2 voeten tegelijk. En levert een goede krachtige sprong af

Je zet goed af met 2 voeten tegelijk. En levert een uitstekende krachtige sprong af

Zweeffase

Tijdens de zweeffase heb je totaal geen balans

Tijdens de zweeffase heb je een redelijke balans

Tijdens de zweeffase heb je een goede balans

Tijdens de zweeffase heb je een uitstekende balans

Landing

Je hebt geen balans tijdens je landing

De balans tijdens je landing is redelijk

De stabiliteit tijdens je landing is goed

De stabiliteit tijdens je landing is uitstekend